De nationale parken van Tanzania bieden tal van fotomogelijkheden. Edwin Giesbers neemt je mee op safari en deelt zijn tips voor de beste foto's.
Leeuwen die vanop een paar meter afstand je open jeep observeren. Enorme olifanten die de wagen voorzichtig met hun slagtanden beroeren voor een nadere inspectie. Weide savannes vol met zebra’s en gnoes zover je kunt kijken. De nationale parken van Tanzania bieden tal van fotomogelijkheden.

Het is moeilijk om bij een beschrijving van Tanzania en haar wildlife niet in superlatieven te vervallen. Het kan niet anders of je ervaart het beroemde ‘Afrika-gevoel’ tijdens de reis door het land. Je wordt ongetwijfeld bevangen door het ‘Afrika-virus’ en je wilt bij thuiskomst absoluut zo snel mogelijk terug. Het is niet voor niets dat veel prachtige natuurfilms hier worden opgenomen. Op een savanne overdonderen de enorme aantallen wildlife je en worden die televisiebeelden werkelijkheid. Overal waar je kijkt ontdek je wilde dieren.
Tanzania is het grootste land van Oost-Afrika en ruim dertig keer zo groot als België. Het landschap is zeer afwisselend met wildparken, meren, prachtige kusten en bergen waarvan Mount Kilimanjaro de hoogste berg van Afrika is.
In dit artikel belicht ik de vier belangrijkste gebieden, te weten Tarangire National Park, NgoroNgoro Conservation Area, de NgoroNgoro-krater en Serengeti National Park. De laatste twee staan op de lijst Seven New Natural Wonders of Africa en alle gebieden liggen in het noorden van Tanzania. Ze zijn daarom heel goed in één reis te combineren.

Algemene groepsreis of gespecialiseerde fotoreis?
Tanzania is een safariland bij uitstek. Al vele jaren kun je als toerist een keuze maken uit een groot aanbod van safarireizen naar dit prachtige land. Daarom is er altijd wel een reis te vinden die al je favoriete parken op het programma heeft staan. Op dit soort reizen zul je zeker verschillende soorten wildlife goed kunnen observeren. Maar ga je op safari met als hoofddoel het fotograferen van de fauna, dan adviseer ik een fotoreis te boeken. Bij deze reizen ligt de nadruk helemaal op het zo goed mogelijk kunnen fotograferen van de wildlife. Bij toeristische reizen zit je met veel mensen dicht op elkaar in volgepakte jeeps. Dat maakt het fotograferen een stuk lastiger, zeker als die luipaard net aan de andere zijde van de auto staat.
Bij fotoreizen ga je op pad met een kleinere groep gelijkgezinden. Je zit meestal met maar vier andere fotografen in een jeep, waardoor je één bank voor jezelf hebt. Zo kun je probleemloos van de linker- naar de rechterkant verschuiven en terug. Bovendien is bij doorsnee safarireizen de tijd die bijvoorbeeld bij een leeuwenroedel wordt stilgestaan voor fotograferen vaak veel te kort. Bij fotoreizen kun je als groep fotografen prima met de gids afstemmen om even wat langer te blijven om meer uit zo’n situatie te halen. Helemaal ideaal is het als je de overige fotografen kent en allen dezelfde voorkeur hebt om bijvoorbeeld grote zoogdieren of juist vogels te fotograferen. Die homogeniteit in de groep komt zeker ook de fotografie ten goede.
Voor de meer ervaren en avontuurlijke fotograaf is in Tanzania ook een self-drive safari mogelijk. De vrijheid om met een gehuurde 4wd in de parken rond te rijden kan fijn zijn, maar je mist een belangrijk persoon, de gids c.q. chauffeur. Een gids biedt met zijn ervaring en kennis van de wildlife veel meer fotomomenten. Bovendien staan op de Serengeti-vlakte de gidsen met elkaar in contact via portofoons. Ze seinen elkaar in als er iets interessants is gespot om daarna vlug met de jeep er naartoe te rijden. Ik verbaas mij nog steeds hoe mijn gids na zo’n melding op de oneindige Serengeti in één rechte lijn naar een groep jachtluipaarden reed. Dus niet over een zandweggetje, maar gewoon over de vegetatie zonder ogenschijnlijk aanknopingspunt.

Dieren fotograferen in Afrika
In de meeste Afrikaanse wildparken is het niet moeilijk om dieren voor de lens te krijgen. Vooral grotere zoogdieren als de gnoe, zebra en leeuw zijn in het algemeen goed te fotograferen omdat ze aan de vele landrovers van de gidsen gewend zijn. Je moet dan ook niet vreemd opkijken als je op een gegeven moment op twee meter van een leeuwenroedel staat, terwijl je in een open jeep zit. Maar het feit dat de dieren niet schuw zijn heeft soms ook een nadeel: ze staan te dichtbij waardoor je met de telelens op de camera niet het hele dier op de foto krijgt. Je kunt dan proberen een markant deel van het dier te fotograferen. Denk bijvoorbeeld aan de strepen van een zebra of aan een deel van de imposante kop van een oude olifant.
Omdat de dieren over het algemeen goed benaderbaar zijn, maken veel fotografen vooral beeldvullend beeld van de wildlife. Vergeet niet om ook foto´s te maken waarbij je de dieren in hun leefomgeving laat zien. Dit soort beelden vertellen meer een verhaal en zorgen voor een goede afwisseling met de meer portretachtige opnamen. Bovendien laat je zo zien dat je ook echt in Tanzania bent geweest en niet in safaripark Beekse Bergen.
Probeer ook eens de groothoek in plaats van het teleobjectief te gebruiken als één dier of een groep dieren op korte afstand van de jeep staat. Dit kan indrukwekkende beelden opleveren waarbij je als toeschouwer bijna het idee krijgt dat je ze kunt aanraken. In Tarangire National Park kon ik met een groothoekobjectief zelfs een hele groep olifanten op anderhalve meter rondom de auto fotograferen. Het half-grijsfilter – dat ik los tegen het objectief hield om de lucht meer doortekening te geven – liet ik door alle opwinding pardoes uit het raam vallen. Tja, dan is het wachten tot de hele groep olifanten weer vertrokken is, want eerder uitstappen is geen optie.

Werken met twee camera’s
Het is op safari ideaal als je met twee camera’s kunt werken. De ene rust je dan uit met een telelens of telezoomlens, op de andere schroef je een groothoekzoomobjectief. Met deze werkwijze ben je sneller in staat om een mooie compositie met de juiste brandpuntsafstand te maken. Tevens loop je minder risico op zand in de camera bij het wisselen van de lens. Want stoffig is het wel in landen als Tanzania! Zodra de 4wd met open ramen en open dak over een stoffige zandweg rijdt, kom niet alleen jij maar ook je camera onder het stof te zitten. Als de chauffeur harder gaat rijden en het stof opdwarrelt, is het raadzaam om even de apparatuur in de tas te doen. Wil je deze toch paraat houden om geen moment te missen, dan kun je je fotomateriaal het best met een doek afdekken. Bij een tussenstop kan het zeker geen kwaad om het materiaal met een blaaskwast even schoon te blazen. De avonden zijn perfecte momenten om alles nog wat beter te reinigen.
Een prima objectievencombinatie voor op safari is bijvoorbeeld een 24-85mm- en een 80-400mm-lens op een fullframecamera. Hiermee dek je een enorm bereik af, dat voor landschappen, dieren in het landschap, vogels én portretten van zoogdieren prima geschikt is.

Vanuit de jeep
Zoals ik eerder schreef is gids/chauffeur een bijzonder belangrijk persoon op safari. Hij bepaalt waar je komt en wat je gaat zien. De kennis van het terrein, dieren en natuur zijn bij gidsen mensen van een hoog niveau. Zij kunnen je plekken laten zien waar jij anders zo maar aan voorbij zou rijden. Respect is belangrijk bij een goede wisselwerking tussen de reiziger en gids. Natuurlijk zijn deze mensen er voor de reiziger, om het voor hen zo fijn mogelijk te maken. Behandel de gids met respect en je zult zien dat door de goede verstandhouding een prettige sfeer ontstaat waarin je veel mooiere foto’s kunt maken. Veel chauffeurs weten – als ze de auto bijvoorbeeld net bij een familie jachtluipaarden hebben geparkeerd– waar ze het beste kunnen staan. Maar valt het licht net niet in de goede hoek of is de achtergrond minder fraai, dan kun je vragen of hij – meestal is het een man – de jeep een stukje naar voren of naar achteren verplaatst. Zo kun je toch – zittend in de jeep – de kwaliteit van je beeld verbeteren.
Vaak bieden de chauffeurs je de mogelijkheid om heel vroeg – voor het ontbijt – of juist heel laat op pad te gaan. Maak daar altijd gebruik van, want je kunt dan met het mooiste Afrikaanse licht fotograferen. Bovendien zijn dan veel meer dieren actief. Midden op de dag – op het warmste moment – liggen katachtingen als leeuwen vaak in de schaduw te rusten of slapen.

Met het late, warme licht mee fotograferen laat de dieren prachtig in het landschap mooi uitkomen. Probeer ook eens de zon achter het onderwerp te krijgen door de chauffeur te vragen naar een goede positie te rijden. Je krijgt dan sfeervolle beelden met een oranje gloed om het dier in silhouet. Dit zijn steevast beelden die door het thuisfront worden gewaardeerd!
Uiteraard ontkom je er niet aan om midden op de dag dieren te fotograferen omdat er dan ook game drives (trips waarbij je de dieren vanuit de auto kunt fotograferen, red.) worden gehouden. Als fotografieliefhebber weet je dat het licht dan niet optimaal is. Toch kun je zelfs dat harde licht midden op de dag gebruiken en wel bij zwart-wit fotografie. De grotere contrasten lenen zich namelijk prima voor dit type fotografie. Zo heb ik een hele serie foto’s die ik in kleur niet de moeite waard vond omgezet in zwart-wit, en dat was echt de moeite waard. Als het zeer warm is, moet je wel in de gaten houden dat de beelden niet worden verpest door het zogenaamde heat haze. Dat zijn de luchttrillingen die door opstijgende warmte ontstaan en vooral op grotere afstand een negatief effect hebben op de scherpte. Check daarom regelmatig het beeld op de display en voorkom dat je een hele serie beelden maakt die naderhand de prullenbak in kan vanwege onscherpte. De oplossing is het om de chauffeur naar object te laten rijden en het van dichterbij te proberen.

Dit neem je mee
Een belangrijke en vaak onderschatte accessoire voor op de fotosafari is de rijstzak. Omdat het fotograferen in het algemeen vanuit de jeep tijdens de game drives zal gebeuren is dat een onmisbaar attribuut. Omdat je meestal vanuit de auto fotografeert, is een driepootstatief om de zware tele(zoom)objectieven te ondersteunen onhandig en vaak ook vanwege ruimte onmogelijk. In een open 4wd kun je eventueel met een eenbeenstatief werken en ook een raamstatief kan handig zijn, maar met een rijstzak ben je veel mobieler. Daarmee kun je snel van de linker- naar de rechterkant in de auto wisselen en terug. Het handigste is om vooraf en een lege rijstzak mee te nemen. Sommige aanbieders van fotoreizen geven aan dat er een aanwezig zal zijn in de auto, maar helaas heb ik meegemaakt dat dit dan toch niet het geval is. Rijstzakken zijn bij de meest fotozaken te koop. Vaak is deze al gevuld met kunststof granulaatkorrels; een kilo van dit materiaal is ongeveer even zwaar als anderhalve kilo rijst. Ook kan het spul nat worden zonder dat het zoals rijst in een drab veranderd. Maar vanwege het volume is het niet altijd praktisch om een gevulde zak mee op reis te nemen. En een lege zak kun je prima in Tanzania vullen met rijst – of met zand als het niet anders kan. De zak leg je op het portier van de jeep en daar bovenop komt de camera-lenscombinatie. Dat geeft stabiliteit, maar ontlast bovenal je armen en schouders. Met name als je lang moet wachten bij een situatie zoals slapende leeuwen is de rijstzak waardevol.
Omdat je zoveel dieren in korte tijd voor de lens krijgt, is het raadzaam om een extra accu en geheugenkaart in de broekzak of hemd bij de hand te hebben. Je wilt natuurlijk voorkomen dat je op het moment suprême, als bijvoorbeeld een olifant op anderhalve meter voor je jeep staat, je in de fototas op zoek moet voor een volle accu of lege geheugenkaart. In de fotohandel zijn allerlei handige etuitjes te koop waar je bijvoorbeeld één accu en aantal geheugenkaarten in kunt bewaren. Het handigst zijn de versies die je aan de broekriem kan bevestigen.

Pas op voor … de generator!
Bij een safari naar een Afrikaans land als Tanzania is het eerste waaraan je denkt waarschijnlijk vervaarlijk grommende leeuwen of woeste olifanten. Toch valt het gevaar van dieren mee, zo lang je maar in de auto blijft. Uit eigen ervaring ben ik meer beducht voor de generatoren bij de tentenkampen. In de regel laad je ‘s avonds op een centrale plek van het kamp de accu’s van je camera, mobiel en laptop gelijktijdig op. Dat gaat prima als de generator werkt, maar pas op als deze uitvalt – en dat zal zeker af en toe gebeuren. Bij het opnieuw opstarten van de generator kan namelijk een piekspanning ontstaan die de accu’s verwoest. Met name bij een laptop waarvan je maar één accu bij je hebt, is het heel vervelend als deze zo defect raakt. Houd dus een oogje in het zeil bij het laden. Zodra de generator stopt, is het noodzaak om meteen de stekkerdoos te ontkoppelen.

De mooiste parken
Tarangire National Park
Het park ontleent haar naam aan de rivier Tarangire die door het park stroomt. Deze zandrivier heeft een uitermate grote aantrekkingskracht op diverse antiloopsoorten en grote kuddes olifanten. Het park is ongeveer 2600 vierkante kilometer groot en heeft een veel groenere uitstraling dan bijvoorbeeld Serengeti National Park door de vegetatie en de vele bomen als de bizarre baobabbomen. In tegenstelling tot veel andere parken in Noord-Tanzania is het een rustig wildpark met een relatief laag aantal bezoekers.

Serengeti National Park
Het park met een haast magische naam die synoniem is aan Afrikaanse wildlife. Als er een plek is waar je het Afrika-gevoel kan ervaren, dan is het hier. De naam is afgeleid van de Masai-taal en betekent letterlijk ‘eindeloze vlaktes’. Met een oppervlakte van ongeveer anderhalve miljoen hectare aan savanne is het gebied inderdaad bijna eindeloos groot. Dieren komen hier in grote getallen voor. Wat te denken van 2 miljoen gnoes, 300.00 zebra’s, 900.000 thomsongazelles en 4000 giraffen. En dan zijn er nog de grote predatoren als 4000 leeuwen, 1000 luipaarden en 225 cheeta’s. Vergeet ook de 500 vogelsoorten en waarschijnlijk de grootste populatie struisvogels van heel Afrika niet. Dit prachtige gebied moet je eigenlijk één keer in je leven bezocht hebben.
Ngorongoro Conservation Area
Dit zeer grote gebied (809.440 hectare) sterkt zich uit tussen de Serengeti in het noordwesten en de oostelijke arm van de Great Rift Valley en bestaat uit savanne, meren, kraters en bossen. Het gebied is opgericht in 1959. Ook de nomadische Masai leven hier met hun vee. Een voordeel van dit gebied ten opzichte van Serengeti is dat je hier van de weg af mag en zo met de gids bijvoorbeeld naar een verder op gelegen roedel leeuwen kan rijden om deze van dichtbij te observeren. Dit geldt echter niet voor de Ngorongoro-krater die in dit gebied ligt.
Ngorongoro-krater
Het grootste natuurlijk amfitheater ter wereld. De kater ligt ten noordwesten van Arusha en is de grootste intacte caldera (ingestorte vulkaankegel) op aarde. Het heeft een doorsnede van ongeveer 19 kilometer en een oppervlakte van 264 vierkante kilometer. Het wordt ook Africa’s Garden of Eden genoemd en kent de grootste wildlifedichtheid ter wereld. Door de hoogte van de kraterrand van 600 meter kent het diverse klimaatzones. Het gebied wordt beschouwd als een van de beste plekken voor ontmoetingen met wildlife. Maar liefst 30.000 grote zoogdieren als jachtluipaarden, gnoes, zebra, leeuwen en de zeldzame zwarte neushoorn vind je hier.

Praktische informatie Tanzania
Klimaat Het land heeft een tropisch klimaat met een temperatuur die per gebied erg kan verschillen. In de hooglanden en de bergen kan het vriezen, terwijl de temperatuur in het binnenland kan oplopen boven de 40 graden Celsius. De avonden kunnen door afkoeling behoorlijk fris zijn. Het lange regenseizoen loopt van maart tot eind mei en het korte regenseizoen is in de maanden oktober en november.
Kleding Aan te raden is om voldoende luchtige (katoenen) kleding mee ten nemen. In de wildparken dient men bij voorkeur kakikleurige kleding te dragen en geen felle, kleurrijke kleding. In de avond kan het behoorlijk afkoelen, dan is een sweater fijn om te dragen. Shirts met lange mouwen beschermen je beter tegen muggen. Natuurlijk regent het af en toe in Tanzania, neem daarom om een licht en compact op te vouwen regenjack mee.
Visum en paspoort Voor Tanzania heb je een toeristenvisum nodig dat via het consulaat in Nieuwekerk a/d IJssel kan worden aangevraagd. Het paspoort moet bij aankomst in Tanzania nog minstens zes maanden geldig zijn.
Vaccinaties Deze zijn voor Tanzania niet verplicht. Wel dient er in je vaccinatieboekje een cholera-non-indicated-stempel te staan. Vaccinaties tegen de ziektes hepatitis a, gele koorts, buiktyfus en DTP worden wel aangeraden. Voor Tanzania geldt tevens het advies om malariapillen te gebruiken.
Elektriciteit Het elektriciteitsnet maakt gebruik van 220-240 volt en een driepolige stekker. In de meeste jeeps die bij de game drives worden gebruikt zit een sigaretten-aanstekerplug. Aan te raden is om hiervoor een adapter te kopen om een alternatieve stroombron als back-up achter de hand te hebben.
Tijdsverschil In de zomer is het een uur later dan in België, in de winter twee uur.
Geldzaken De officiële munteenheid in Tanzania is de Tanzaniaanse shilling. Geld opnemen met een Nederlandse bankpas kan bij een beperkt aantal geldautomaten in de grotere steden. Deze pas moet het Maestro-/Mastercard-logo hebben. Met de euro kan op steeds meer plekken betaald worden, maar het beste betaalmiddel blijft de dollar. Ook een creditcard wordt steeds vaker geaccepteerd, maar vaak vraagt men naast de handtekening ook de pincode.
Dit artikel is geschreven door vaste Shoot-medewerker Edwin Giesbers. Ook de beelden zijn door hem gemaakt. Op zijn website vind je meer beelden van hem en informatie over zijn werk als natuurfotograaf.
Wil je beter leren fotograferen?
Neem dan een abonnement op Shoot Magazine (6x per jaar).
Shoot is hét fotografiemagazine voor en door enthousiaste fotografen. In Shoot vind je de beste tips en trucs, workshops en cursussen voor geslaagde foto’s, de knapste fotoplekjes in België, de helderste uitleg over fotografietechnieken, tests van nieuwe camera’s, lenzen en meer, plus foto’s van de beste Belgische fotografen.