Panorama's met een compactcamera

Voor smartphones bestaan er tegenwoordig panorama-apps. Een stapje hoger, en direct voor de consumentenmarkt bedoeld, zijn de jongste compactcamera's en systeemcamera's met ingebouwde panoramafuncties.

Hoe deze een panorama vastleggen, verschilt van merk tot merk.

Sony bijvoorbeeld maakt camera's die een compleet systeem voor het maken en combineren van panoramafoto's bevatten. De opnamemethode is eenvoudig: je draait de camera gewoon rond. De nodige opnames worden automatisch gemaakt en gecombineerd, zodat het lijkt alsof je maar één foto maakt.

De Canon G10 gebruikt een andere methode. Als je de panoramamodus activeert, toont de camera instructies op het scherm die je helpen om de opeenvolgende opnames te maken.

Meer doet de camera zelf niet; om de opnames te combineren tot een panorama, heb je de meegeleverde Canon Photostitch-software nodig. Deze methode van fotograferen en nabewerken komt al aardig in de buurt van wat je gaat doen om een serieus panorama vast te leggen.

Met dit soort camera's kan iedereen een panorama maken. Maar als je zelf de controle wil over het creatieve proces, bots je al snel op de grenzen van wat ermee mogelijk is. Combineer dat met de bekende nadelen van een camera met kleine beeldsensor, zoals een beperkt dynamisch bereik, en je zult snel gefrustreerd geraken.

Hun grootste beperking is dat ze eigenlijk alleen geschikt zijn voor panorama's van goed verlichte landschappen. Zodra je een opname wil maken met veel voorwerpen in de voorgrond, wordt parallax een probleem.