Tegenwoordig heeft bijna elke fotocamera een filmmodus, waarmee je met één druk op de knop video’s vastlegt. Maar filmen is een wezenlijk andere discipline dan fotografie en heeft zijn eigen regels. Reclamefotograaf en -filmmaker Bernard Bertrand geeft je tien tips waarmee je als beginnende videograaf direct betere films maakt. 1 Instellingen Het kiezen voor […]
Tegenwoordig heeft bijna elke fotocamera een filmmodus, waarmee je met één druk op de knop video’s vastlegt. Maar filmen is een wezenlijk andere discipline dan fotografie en heeft zijn eigen regels. Reclamefotograaf en -filmmaker Bernard Bertrand geeft je tien tips waarmee je als beginnende videograaf direct betere films maakt.
1 Instellingen
Het kiezen voor de juiste sluitertijd is belangrijk bij filmen. Met een erg korte sluitertijd van bijvoorbeeld 1/1000 seconde komt een film al snel houterig over omdat je elk beeld bevriest. Je wilt juist wat bewegingsonscherpte zien om de film natuurlijker te laten overkomen. De vuistregel bij het filmen is daarom: kies een sluitertijd die ongeveer twee keer zo snel is als het aantal beelden per seconden waarmee je filmt. Tegenwoordig is het gebruikelijk om films met een framerate van 25 beelden per seconden op te nemen, waardoor je het beste af bent met een sluitertijd van zo’n 1/50 of 1/60.
De ISO-instelling bepaal je op basis van de overige twee waarden van de belichtingsdriehoek (sluitertijd en diafragma). Net als bij fotografie geldt: hoe hoger de gevoeligheid, des te meer ruis er in de beelden zichtbaar is. Voorkom dus al te hoge ISO-instellingen.
Als professional stelt Bertrand zijn camera geheel handmatig in. Als beginnende filmer kun je grotendeels vertrouwen op de automatisch regeling van je camera. Dat gaat ook op voor de witbalans. Bernard Bertrand kiest meestal een kleurtemperatuur van tussen de 5000 en 6000 K, afhankelijk van de kleurtoon die hij wil bereiken.
Als je camera het ondersteunt, raadt Bernard Bertrand aan om in 4K-resolutie te filmen: “Dat geeft de beste beeldkwaliteit wat betreft details, zeker als je in minder gunstige lichtomstandigheden filmt. Bovendien kun je achteraf altijd nog exporteren naar bijvoorbeeld HD-formaat.”
Elke keer als ik van kader of positie ten opzichte van het onderwerp verander, stel ik opnieuw handmatig scherp
2 Lenzen
In principe kun je met elke lens filmen. Bertrand maakt de meeste opnamen met zijn 12-35 mm f/2.8-lens op een Panasonic GH5s, vergelijkbaar met 24-70mm kleinbeeld. “Dit objectief is mijn favoriet vanwege het grote diafragma van f/2.8 over het gehele bereik. Hiermee kan ik esthetische beelden met geringe scherptediepte vastleggen. Dat is bepalend voor de bioscooplook die ik zoek,” aldus Bertrand.
Voor glamourbeelden gebruikt hij een 42.5mm-primelens (85 mm kleinbeeld-equivalent) met een indrukwekkend diafragma van f/1.2 vanwege de superieure beeldkwaliteit en de nog kleinere scherptediepte. Dankzij een tweede zoom van 35-100mm (70-200 mm kleinbeeldequivalent) heeft hij een totaal bereik van 12 tot 100 mm tot zijn beschikking. Ook dit objectief koos hij vanwege de grote opening van f/2.8 over het gehele bereik.
3 Scherpstellen
Vooral oudere camera’s schieten op het gebied van autofocus tijdens het filmen nogal eens tekort. Daarom ben je bij video aangewezen op handmatige scherpstelling. Bertrand raadt aan eerst het onderwerp te kadreren en dan erop scherp te stellen. “Ik volg de bewegingen van mijn onderwerp door mijn eigen lichaam rustig mee te bewegen om de focus daar te houden waar ik dat wil. Elke keer als ik van kader of positie ten opzichte van het onderwerp verander, stel ik opnieuw handmatig scherp.” Dat vergt flink wat oefening, elke verkeerde of te wilde draai aan de focusring is in een film direct te zien. Het is handig om bij het focussen in de live-view in te zoomen op je onderwerp om de focus te beoordelen. Je kunt dan meteen controleren of de beweging die je wilt vastleggen binnen het scherpstelgebied blijft. Overleg met je model welke bewegingsruimte hij of zij heeft. In het begin is het aan te raden je diafragma wat te sluiten, zodat het scherpe gebied wat groter is. Heb je het meebewegen wat beter onder de knie, dan kun je voor hogere waarden en minder scherptediepte kiezen.
4 Extra stabiliteit
Bertrand heeft zichzelf aangeleerd geheel uit de hand te filmen. Ook dat is iets waar je vaardigheid in moet krijgen. Als fotograaf ben je waarschijnlijk gewend om door de zoeker te kijken en je armen tegen je lichaam te stabiliseren. Aangezien je bij het filmen bent aangewezen op het lcd-scherm en je camera dus wat verder van je af is, komt er al snel meer trilling in je beeld. Hoewel dat met zijn Panasonic-camera’s met 5-assige stabilisatie minder snel gebeurt, heeft Bernard toch een creatieve tip: “Als ik nog meer controle wil, wikkel ik de schouderriem om mijn linkerschouder. Door de camera naar voren te duwen komt er spanning op de riem en heb ik net iets meer controle over mijn camera.”
Er zijn ook hulpmiddelen die je kunnen helpen stabieler te filmen, hoewel die een stuk prijziger zijn dan Bernards tip. Ook al heeft hij hem voor zijn eigen werk niet nodig, Bertrand is onder de indruk van de mogelijkheden van een gimbal als de DJI Ronin-S.
5 Licht is alles
Net als bij fotografie zijn ook bij video de lichtomstandigheden cruciaal. Waar je bij stilstaande beelden kunt vertrouwen op flitssytemen, ben je voor het extra bijlichten van je filmbeelden aangewezen op videolampen. Bertrand gebruikt voor zijn videowerkzaamheden bi-color LED-licht afkomstig van een Dedoflex-systemen. “Deze zijn geweldig, voor mij zijn het de Rolls Royces onder de videolampsystemen. Zowel de bouwkwaliteit als de kwaliteit van het licht is perfect.” Voor een optimale belichting zet hij meerdere videolampen in, allemaal voorzien van verschillende maten softbox.
Ga je met videolampen aan de slag, dan is de plaatsing cruciaal. “Ik zet de kleinere lampen dicht op mijn onderwerp. Daarmee zorg ik daar voor zacht licht, terwijl ik nog steeds schaduw en contrast kan creëren op het gezicht of lichaam van het model.”
6 Lensfilters
Wil je bij volle zon video-opnamen maken met een diafragma van f/2.8 en een sluitertijd van 1/50 (omdat je met 25 frames per seconden filmt), dan kun je niet om een ND-filter heen. Je moet een deel van het op de sensor vallende licht blokkeren. Als je meerdere objectieven met verschillende diameters hebt, dan kun je het best gaan voor een groter variabel ND-filter en een adapterring. Zo hoef je niet voor elke lens een eigen filter aan te schaffen.
Onze professional schroeft bij sommige videoshoots ook een polarisatiefilter voor zijn lens. “Als ik met mijn drone film, kan dat een enorm verschil maken. Overweeg een polarisatiefilter als je landschappen filmt of reflecties op bijvoorbeeld een wateroppervlak wilt voorkomen.” Bij beide soorten filters is goedkoop meestal duurkoop. Dat zie je terug in de kwaliteit van je beelden. “Je plaatst zo’n filter immers voor je lens, dus ga altijd voor een professionele kwaliteitsfilter,” is het advies van Bertrand.
7 Audio
Voor geluidsopnamen bij de beelden kun je vertrouwen op de microfoon van de camera. Maar die is meestal niet ideaal. Wil je geluid beter registreren, dan kun je een XLR-module op flitsschoen van de camera plaatsen. Bernard Bertrand gebruikt op zijn Lumix GH5S een compacte XLR-module waarop hij twee microsofoons kan aansluiten. “Daarin plug ik mijn Sennheiser MKE600, die ik als zogenaamde shotgun-microfoon gebruik. Deze moet zo dicht mogelijk bij de bron worden geplaatst en is directioneel. Dat betekent dat hij het geluid van de bron versterkt en geluiden uit andere richtingen onderdrukt. Samen met de XLR-module haal ik zo een schone audiotrack uit de video-out van mijn GH5S.” Buiten de deur gebruikt Bernard Bertrand soms de Sennheiser Clipmic, een kleine reversmicrofoon die hij aan zijn iPhone koppelt. “Met een app kan ik dan opnemen met een consistente kwaliteit, dichtbij of veraf van de camera. I love it!”
8 Muziek
Om het tot een succes te maken is de juiste muziek onder je film een must. Dit zorgt voor een eigen sfeer en impact, en versterkt de beelden die je hebt geschoten. Voor Bertrand is het toevoegen van muziek niet het eindpunt van de film. Nog voor het editen begint het zoeken naar geschikte tracks. “Ik kan echt uren zoeken naar de juiste muziek. Zodra ik een shortlist van nummers heb, importeer ik de muziek naar de tijdlijn om te zien of ik het gevoel krijg dat ik wil.”
Respecteer altijd de auteursrechten van de muziek en geef credit waar nodig. Op internet vind je met een simpele zoektocht rechtenvrije muziek die je kunt gebruiken. Bernard Bertrand: “Voor een betaalde job ga ik naar een site als premiumbeats.com, waar je muziek kunt kopen die je daarna vrij mag gebruiken. Als ik online content voor YouTube of Vimeo maak, vermeld ik altijd de credits van de artiest.” Tegenwoordig herkent Youtube de track automatisch en zorgt voor een link waar je het liedje kunt aanschaffen.
Denk er van tevoren over na wat je met je film wilt vertellen en welke scenes je daarvoor nodig hebt
9 Vertel een verhaal
Een reeks met willekeurig aan elkaar geplakte scenes houdt de aandacht van je kijkers niet lang vast. Zorg daarom voor een logische opeenvolging van je beelden. Bij een vakantiefilm ligt een chronologische volgorde voor de hand. Laat bijvoorbeeld eerst de heenreis zien en daarna de scenes van de vakantiebestemming zelf. Zorg voor interessante details als afwisseling. Denk er van tevoren over na wat je met je film wilt vertellen en welke scenes je daarvoor nodig hebt. Na de shoot is het meestal niet meer mogelijk om extra scenes te filmen.
Het is ook belangrijk te bedenken welke sfeer je film moet ademen. Bij de reclame- en modefilms die Bernard creëert is dat van wezenlijk belang. “Ik wilde onlangs een bokser in een echt donkere, melancholische omgeving vastleggen. Gelukkig vond ik een locatie met een boksring met zwarte muren. Een oude sportschool zonder licht en vol met stof. Ik kon mijn eigen belichting bepalen. Met een achtergrondlicht accentueerde ik de stoom die bij het trainen van zijn lichaam kwam. In deze donkere omgeving kon ik zo het verhaal van de vastberadenheid en werklust van de bokser vertellen.”
10 Software
Nadat je de beelden hebt geschoten, moet je een film altijd nabewerken met software. Hiermee kun je de scenes op een logische volgorde zetten, delen verwijderen, muziek eronder plakken en correcties van bijvoorbeeld kleur doorvoeren. Bernard Bertrand is enthousiast over Premiere Pro. “Voor fotografen is deze software een logische keuze, omdat het onderdeel is van de softwarefamilie van Adobe. Ik gebruik het vooral vanwege de dynamische links met After Effects, dat ik veel inzet bij het produceren van mijn tutorials. Vanuit de tijdlijn van Premiere Pro kan ik met een rechtermuisklik een clip bewerken in After Effects. Na de bewerking wordt deze automatisch overgenomen door Premiere Pro.” Beginnende filmers raadt hij aan Davinci Resolve te proberen, oorspronkelijk ontwikkeld voor het bewerken van kleuren. Bertrand: “Inmiddels heeft dit programma veel meer te bieden, zoals video-effecten en audio. En het is nog gratis ook!”
Een uitgebreidere versie van dit artikel is verschenen in Shoot 65.
Wil je beter leren fotograferen?
Neem dan een abonnement op Shoot Magazine (6x per jaar).
Shoot is hét fotografiemagazine voor en door enthousiaste fotografen. In Shoot vind je de beste tips en trucs, workshops en cursussen voor geslaagde foto’s, de knapste fotoplekjes in België, de helderste uitleg over fotografietechnieken, tests van nieuwe camera’s, lenzen en meer, plus foto’s van de beste Belgische fotografen.