Een goede straatfoto vertelt het verhaal van de sociale mens in zijn natuurlijke habitat. Ze verbeeldt de tijdgeest van het moment van afdrukken. Wanneer ik met mijn camera de straat op ga, probeer ik die zo treffend mogelijk vast te leggen.
Straatfotografie legt het alledaagse leven vast, het leven dat zich afspeelt in publieke ruimtes op een bepaalde tijd en plaats. Dat is ruimer dan alleen maar de straat. Deze vorm van fotografie documenteert de mens in zijn omgeving. Het legt niet de grote gebeurtenissen vast, maar is eerder een lappendeken van details. Het zijn de kleine gebeurtenissen die samen een tijdgeest schetsen. Als je alle straatfotografie van een bepaalde periode en plaats samenlegt, dan krijg je een goede schets van de condition humaine. Allemaal samen tonen ze hoe de mens leeft en eruit ziet in een bepaalde periode op een bepaalde plaats. Sommige straatfoto’s zijn tijdloos, maar bij de meeste kan je wel iets afleiden over die tijdgeest.




Straatfotografie versus documentaire en journalistieke fotografie
Straatfotografie heeft veel raakpunten met documentaire en journalistieke fotografie. Het grote verschil is dat straatfotografie geheel vrijblijvend is. Documentaire en journalistieke fotografie trachten een thema zo objectief en waarheidsgetrouw mogelijk weer te geven en brengen een boodschap.
Dat kan straatfotografie ook doen, maar het moet niet. En dat is nu juist het leuke eraan. Straatfotografie is geheel vrijblijvend. Je hoeft niet per se een verhaal te vertellen of de wereld met een gewetenskwestie op te zadelen. Je kan fotograferen gewoon om het fotograferen zelf. Het plezier van beelden maken op straat is doel op zich. En het zijn de vele kleine details die uiteindelijk samen het grote verhaal vertellen. Terwijl een journalistieke fotograaf beelden maakt van wat er op het grote podium gebeurt, speurt de straatfotograaf naar de details in het publiek.
Een tweede groot verschil is dat de straatfotograaf niet in opdracht werkt. Die gaat geheel vrijblijvend de deur uit op jacht naar die ene unieke foto.


Straatfotografie vs reisfotografie
Op de foto’s van straatfotografen staan zo goed als altijd mensen. Dat kan heel ruim geïnterpreteerd worden. Het kan bijvoorbeeld ook gaan om sporen die mensen nalaten.
Maar gewoon een kiekje van een mooie plek hoort daar niet bij. Terwijl de toerist wacht tot alle mensen eindelijk uit de weg zijn, gaat de straatfotograaf net wachten op die plek tot iemand in zijn beeld komt. Hij gebruikt de plaats als decor voor zijn verhaal. Dat is het grote verschil met toeristische kiekjes maken, alhoewel je even goed op reis aan straatfotografie kan doen.


Mensen zijn meestal het onderwerp in de straatfotografie, maar dat kan heel ruim genomen worden.


Bij mooie plekken zoek je de mensen op in plaats van te wachten tot ze uit je beeld verdwenen zijn.
Reisfotografie en straatfotografie hebben een grote overlap, omdat juist op andere plaatsen dan die je gewoon bent het verrassende je nog opvalt. In je eigen omgeving ben je zo vertrouwd dat het moeilijk is om er nog door verwonderd te zijn. Dat merk je heel goed als je met een buitenlander door je eigen stad loopt. Door wat die persoon opmerkt, zie je ineens zaken waar je nooit bij stilstond. Je vindt het ineens bijzonder dat wij voor elke biersoort een apart glas hebben (en dat ook nog eens normaal vinden), wanneer het een toerist zegt dat dat ongelooflijk is.
Poseren of niet poseren?
In straatfotografie staat spontaniteit centraal. Geënsceneerde portretten horen daar niet bij. Dat laat niet weg dat je ook foto’s van mensen op straat kan maken die voor je poseren. Ed van der Elsken is nog steeds een grote inspiratie voor straatfotografen. Voor deze bekende Nederlandse fotograaf was contact essentieel om een beeld te maken.
Uiteraard maak je andere foto’s als je mensen aanspreekt. Maar ook hier moet niets. De ene heeft er geen problemen mee om mensen ongevraagd te fotograferen, terwijl de andere dat contact net nodig heeft voor een goede foto.
De enige regel die altijd geldt is dat je mensen steeds in hun waardigheid moet laten. Maak nooit foto’s van mensen in een situatie waarin je zelf niet zou willen vastgelegd worden.
Bij mij gaan sowieso alle foto’s waarop mensen een afwerend gebaar maken de prullenbak in. Ik wil geen foto’s van mensen die niet gefotografeerd willen worden. Maar veel gebeurt dat niet. Mensen zijn niet zo bezig met die persoon die daar met zijn camera rondloopt en foto’s maakt. Op straat zitten mensen in hun eigen gedachten. Ze gaan van het ene naar het andere en ondertussen denken ze aan het eten dat ze die avond gaan klaarmaken en wat ze nog moeten kopen in supermarkt. Kijken ze even verstoord op als jij daar met je fototoestel in zicht komt, dan zijn ze dat het volgende moment alweer vergeten. Trek je dat dus niet teveel aan en durf gewoon je ding te doen.




Kleur of zwart-wit?
Bij straatfotografie denk je bijna automatisch aan zwart-wit beelden. Dat is lang ook uitsluitend zo geweest. We kennen allemaal de romantische zwart-wit beelden van Parijs die Cartier-Bresson zo geniaal heeft vastgelegd. Het persagentschap Magnum kende in oorsprong alleen fotografen die in zwart-wit werkten. Kleur was voor de commerciële fotografie en werd als vulgair beschouwd.
Toen in 1982 de Belgische fotograaf Harry Gruyaert bij het prestigieuze persagentschap werd toegelaten, trok hij zich van die visie niets aan. Hij was gefascineerd door kleur en hij bleef koppig in kleur fotograferen. Dat deed hij dan ook op geniale wijze. Zo bracht hij de kleurenfotografie naar het genre.
Ondertussen zijn we het al gewoon om ook kleurenfoto’s te zien, maar toch blijft het merendeel van de fotografen zweren bij zwart-wit.




Ik zet geen kleurenfoto’s om naar zwart-wit, ik fotografeer in kleur of in zwart-wit.
In het analoge tijdperk was zwart-wit een evidente keuze. Dat kon je zelf ontwikkelen en dus helemaal naar je hand zitten. Met kleur lag dat al moeilijker. Maar dat onderscheid is helemaal weggevallen met de digitale fotografie. Nu de twee even makkelijk bereikbaar zijn, moet je hier zelf je stijl in zoeken.
Ikzelf heb kleur lang moeilijk gevonden. Ik vond de meeste foto’s er al snel banaal uitzien, terwijl ze omgezet naar zwart-wit interessanter werden. Kleur heeft de neiging van je onderwerp af te leiden als je het niet onder controle houdt.
Op straat krijg je natuurlijk altijd een chaos van kleuren door elkaar. Het is de kunst om de kleuren die elkaar versterken bij elkaar te zoeken en de storende uit je beeld te houden. Dat is natuurlijk niet zo makkelijk en vergt veel oefening. Bij mij heeft het lang geduurd voordat het tussen ons klikte. Maar inmiddels heb ik mijn kleurenpalet gevonden. Die geeft voor mij toch een extra touch aan mijn foto’s.
Werk je het liefst in zwart-wit, dan is het handig om dat al in de preview op je camerascherm te zien. Bij systeemcamera’s is dat mogelijk. Je kan kiezen om te werken in RAW, in JPEG of in een combinatie van de twee. Dat laatste geniet mijn voorkeur, ook al gooi ik bij het importeren van mijn foto’s de JPG’s meteen weg. Maar het voordeel van deze manier van werken is dat je bij JPG’s de keuze hebt uit een aantal profielen. Selecteer je een zwart-wit profiel, dan zie je het beeld meteen in zwart-wit op je lcd. Vroeger moest je zowat in je hoofd een previsualisatie proberen te maken van hoe kleuren eruit zouden zien bij een omzetting naar zwart-wit. Dat klinkt nu erg lastig, maar als ik met mijn analoge toestel op pad ging, zag ik de wereld ineens in zwart-wit. Ik moest daar niet bij nadenken. Dat gebeurde gewoon. Door het gemak van mijn systeemcamera en doordat ik het bijna niet meer gebruik, ben ik die vaardigheid verleerd. Sinds enkele jaren werk ik zo goed als uitsluitend nog in kleur. Kleur is daarmee ook een evident onderdeel geworden van waar ik allemaal op let bij het maken van een foto. Dus als ik toch nog eens in zwart-wit wil werken, ben ik zeer blij met de preview op mijn scherm.
Geluk hebben of geluk maken?
Je moet toch maar geluk hebben dat er iets boeiends gebeurt net op het moment dat jij er met je camera voorbij loopt. Dat hoor ik mensen vaak zeggen. En goed dat je het gezien hebt en ook toevallig je camera bij je had die helemaal goed ingesteld was … Maar zo gaat het natuurlijk niet. Het geluk moet je zelf maken door heel goed voorbereid te zijn. Je toestel moet zo ingesteld staan dat je op elk moment vliegensvlug kan toeslaan. Dat kan alleen als je je materiaal door en door kent.




Sommige fotografen gaan niet de straat op zonder een thema in hun hoofd. Ze hebben dat nodig om niet doelloos rond te lopen. Zo’n thema kan heel goed helpen om je focus te vinden als je het gevoel hebt dat je in het wilde weg bezig bent. Probeer het zelf maar eens uit. Zoek een thema waar je jezelf in kan vinden en ga ernaar op zoek. Het kan van alles zijn: interactie tussen mensen, handen, elegantie, het ongewone in het alledaagse et cetera. Zelf loop ik liever onbevangen rond. Ik laat de wereld op mij afkomen. Soms levert dat wat op, soms helemaal niets.
Straatfotografie legt de focus op het alledaagse leven van de gewone mens. Daarom staan op de meeste straatfoto’s ook mensen afgebeeld. Maar zoals al eerder gezegd moet niets in straatfotografie. Dieren kunnen evengoed de hoofdrol krijgen in je foto.
Wat met GDPR?
De Europese wet op de privacy die in mei 2016 van kracht ging, schrikt veel mensen af om nog in het openbaar te fotografen. Straatfotografie gaat nu eenmaal over mensen in het openbaar. Velen vragen zich af of je dat wel nog kan doen? Het antwoord is: ja, gelukkig wel!
Eigenlijk is de nieuwe wetgeving niet zoveel anders dan de privacywetten die ervoor al van kracht waren in België. Alleen wordt hier nu veel tamtam rond gemaakt. Maar er bestaat nog altijd zoiets als het recht van afbeelding. Je mag dus wel degelijk foto’s maken van mensen in het openbaar, maar je moet wel een aantal regels in acht nemen. Zo heb je toestemming nodig als je een gericht beeld maakt van één of meerdere personen die duidelijk herkenbaar zijn. Dat geldt niet als het beeld gemaakt wordt voor bij een verslag of een artikel. Breng je mensen in beeld zonder dat ze het hoofdonderwerp van je foto zijn, dan heb je geen toestemming nodig. Dus als je sfeerfoto’s maakt van een straatevenement, dan mogen daar mensen herkenbaar opstaan. Zolang de mensen zelf niet het hoofdonderwerp zijn.


Een schriftelijke toestemming voor een foto is het beste, maar ook een mondeling of stilzwijgende is afdoende. Maar die laatste twee kunnen natuurlijk wel lastige discussies opleveren. Ik ga er zelf vanuit dat als iemand voor mijn lens poseert, die er ook geen probleem mee heeft. Ik heb dan stilzwijgend toestemming gekregen om de foto te maken. Voor mensen die niet poseren is het natuurlijk al wat moeilijker. Maar hoever je daarin gaat moet je voor jezelf uitmaken. De wet is hierover niet heel duidelijk.
Bij straatfotografie zijn de mensen op een foto meestal niet gericht in beeld gebracht, ook al zijn ze herkenbaar. Daarmee bedoel ik dat de mensen op de foto in veel gevallen inwisselbaar zijn. Je ziet een mooie plaats en wacht tot iemand in je beeld loopt om het mooie plaatje af te maken. Het maakt dan echt niet uit, wie er in je beeld loopt. Het gaat niet om die ene bepaalde persoon, dus gaat het ook niet om een gericht beeld van die ene mens. En niet-gerichte beelden mag je maken en publiceren zonder toestemming. De Belgische privacycommissie zegt hierover op haar website het volgende: “Wanneer bepaalde personen toevallig op een foto of video staan, genomen op een publieke plaats (bv. een foto van een monument waar enkele personen toevallig mee op afgebeeld staan), dan gaat men er in principe van uit dat een toestemming voor het verdere gebruik van die foto of video niet vereist is.”


Nu is de omschrijving “gericht en niet gericht in beeld gebracht” natuurlijk niet altijd even duidelijk. Het is interessant voer voor een discussie als het voor de rechter moet komen. Maar laat dit je als straatfotograaf vooral niet afschrikken. Er is ook nog zoiets als een ‘gerechtvaardigd belang’ voor het maken of publiceren van een foto. Fotografie is kunst, en een artistiek belang is zo’n gerechtvaardigd belang, net zoals wetenschap en journalistiek dat zijn.
Nog enkele praktische tips
Straatfotografie roept het beeld op van onopvallend fotograferen. Je ‘steelt’ momenten door je onzichtbaar te maken en spontaan te fotograferen. Flitsen past niet direct in dit plaatje. Een flits op je camera vergroot je zichtbaarheid. Het licht zorgt dat iedereen zich goed van je aanwezigheid bewust is. Toch zijn er goede straatfotografen die van flitslicht hun stijlkenmerk maken. Martin Parr is hiervan de meest opvallende, dichter bij huis denk ik aan Jimmy Kets. Met hard flitslicht brengen ze letterlijk de kleine kantjes van de mens nog feller in beeld. Al ben ik grote fan van deze fotografen, zelf houd ik het liever klein, licht, stil en onopvallend. Zo verstoor ik het moment dat ik wil vastleggen niet.


Voor impactvolle foto’s zoek je interessante locaties op. Bezoek bijvoorbeeld plaatsen waar veel mensen zijn. Daar valt altijd wat te gebeuren. Hang er een tijd rond om de sfeer op te snuiven. Al snel merk je of daar mogelijks iets te rapen valt of niet. Hoe meer je ermee bezig bent, hoe meer je intuïtie hierop getraind geraakt. Je krijgt er als het ware een instinct voor. Je moet vooral goed leren kijken en wachten op dat ene moment dat komt (of niet).




Probeer met je foto’s vooral je eigen verhaal te vertellen. Kijk om je heen en zoek zaken die op zich niets met elkaar te maken hebben, maar die wel samen een verhaal vertellen als je ze combineert. Eens je goed hebt leren kijken, vallen die dingen vanzelf op.
Een beetje lef maakt het verschil
De mooiste foto heb ik in mijn hoofd en kan ik jammer genoeg niet tonen. Het spijt me nog altijd dat ik ze niet gemaakt heb. Ik fietste door de gietende regen op de dijk van Oostende. Op het mooiste terras van heel de kust zat een figuur moederziel alleen in de regen. Het was Arno. Dat was zo’n mooi beeld maar ik had het lef niet op te stoppen en hem te vragen of ik een foto mocht nemen. Dat beeld zal voor altijd alleen van mij zijn en ik vind dat zeer jammer. Als ik nog eens een moment heb dat ik niet goed durf, dan denk ik aan dat beeld. En dat helpt me nu om wel te durven.
Bekijk de zaken eens vanuit een andere hoek.


Zoek het grappige op, humor werkt altijd.


Dit artikel werd geschreven door Kattoo Hillewaere. In het verleden schreef zij voor Shoot ook al een uitgebreid artikel over bedrijfsfotografie. Meer foto’s en achtergrond kan je terugvinden op Kattoo.be.
Wil je beter leren fotograferen?
Neem dan een abonnement op Shoot Magazine (6x per jaar).
Shoot is hét fotografiemagazine voor en door enthousiaste fotografen. In Shoot vind je de beste tips en trucs, workshops en cursussen voor geslaagde foto’s, de knapste fotoplekjes in België, de helderste uitleg over fotografietechnieken, tests van nieuwe camera’s, lenzen en meer, plus foto’s van de beste Belgische fotografen.
Geweldig stuk en niet in dat afgezaagde zogenaamde zwart/wit “want dat hoort bij straatfotografie” maar lekker gekleurd allemaal.