Bij macrofotografie denk je misschien meteen aan dure lenzen en allerlei hulpmiddelen. Maar je kunt al aan de slag met een eenvoudige 90mm-macrolens.
Bij macrofotografie denk je misschien meteen aan dure lenzen, ringflitsers en allerlei extra hulpmiddelen. Maar om met macrofotografie te beginnen, kan je al aan de slag met een eenvoudige 90mm-macrolens.
Alle foto's bij dit artikel fotografeerden we met een 90mm-macro-objectief, dat je voor 400 euro op de kop kan tikken. We gebruikten het zowel op een cropcamera als een fullframemodel.
Met een 90mm-lens kan je geen extreme macrofoto's maken waarbij je ultrakleine onderwerpen fotografeert, zoals de ogen van insecten. Dergelijke foto's vergen overigens heel wat techniek en worden meestal in een al dan niet geïmproviseerde studio gemaakt en dus zelden op locatie. Dergelijke ultramacro's halen hun kracht vooral uit een weloverwogen compositie, mooie kleurschakeringen en niet in het minst uit hun documentair gehalte. Ze bevatten echter zelden een verhaal.
Wil je vooral foto's maken waarbij er iets gebeurt, of waarbij het decor waarin je het onderwerp fotografeert van groot belang is, dan is een 90mm-macrolens wel weer ideaal. Zeker wanneer je van plan bent om op locatie te fotografen.
Wants en prooi. (f/18, 1/250, ISO 400, 90 mm op fullframe)
Zonder statief
Sommige fotografen raken ontmoedigd door de tegenvallende resultaten bij hun eerste experimenten met macrofotografie. Vooral de scherpte laat dikwijls te wensen over. De grote moeilijkheid bij macrofotografie is de beperkte scherptediepte. Wil je het insect zo scherp mogelijk op beeld, dan moet je met een zeer klein diafragma werken.
Door de bijhorende lange sluitertijden lukt dit moeilijk zonder statief. En laat dat statief een van de grootste obstakels zijn voor macrofotografie op locatie. Het ligt niet in ieders aard om tijdens een uitstapje heel de dag een statief mee te sleuren. Bovendien kan het gebruik van een statief je beperken in je standpuntkeuze.
Maar wat doe je dan als je onderweg macrofoto's wilt nemen? Wel, dat kan ook zonder statief. Maar dan wel met een relatief korte macrolens zoals de 90mm én mits je rekening houdt met bepaalde omstandigheden.
Gebruik je vrije hand
Omdat je zo dicht bij het onderwerp zit, levert een kleine beweging van je lens een grote verplaatsing op in je beeld. Je kunt in vele gevallen beter omgekeerd te werk gaan. In plaats van je onderwerp te benaderen met je macrolens, beweeg je de tak waarop bijvoorbeeld een insect zit naar je lens toe. Of beter gezegd, naar het punt waarop je reeds scherp hebt gesteld.
Je kan ook omschakelen naar manuele scherpstelling. Door deze methode toe te passen kan je de beweging veel beter controleren. Een statief lijkt hier aanbevolen, maar om praktische redenen zal je dikwijls naar een alternatief moeten zoeken. Dat kan je eigen lichaam zijn, op voorwaarde dat je kunt steunen tegen een boom of stevige tak, of gewoon de grond.
Zo heb ik al veel foto's genomen waarbij ik met mijn rug op de grond lig en de camera op mijn oogkas rust. Vervolgens beweeg ik met mijn vrije hand de tak waarop het insect zit, naar me toe. Je kunt het jezelf ook wat gemakkelijker maken door het takje gewoon door te knippen. Je doet er de natuur echt geen kwaad mee.
Op je buik
Een andere en veel gebruikte techniek voor maximale stabiliteit is het fotograferen op je buik, met je camera steunend op een rijst- of pittenzak. Ook dan is het handiger om het onderwerp met je vrije hand naar het scherpstelpunt te bewegen in plaats van omgekeerd. Ook je eigen fototas kan fungeren als alternatief voor een rijstzak.
Voor alle duidelijkheid, niets kan een degelijk opgesteld statief helemaal vervangen. Voor de beelden in dit artikel gebruikte ik geen statief en geen flitslicht, maar ik had wel lichtomstandigheden waarbij ik kon werken met sluitertijden van minstens 1/250.
Gaasvlieg. (f/14, 1/200, ISO 640, 90 mm op fullframe)
Op stap
De 90mm is een lichtgewicht, maar hij is niet ideaal om schuwe insecten mee te fotografen. Voor vlinders en libellen heb je over het algemeen langere telelenzen nodig en dan is een statief overigens zo goed als onmisbaar. Je zal met een 90mm-lens je aandacht moeten richten op de iets minder schuwere soorten.
Laat ons beginnen met de vliegen. Sommige soorten kan je heel gemakkelijk benaderen met een korte macrolens. Vliegen zijn al even fotogeniek als afstotelijk. Het is maar zoals je ze wilt bekijken. De natuurliefhebber in ons is vast verwonderd over de bijzondere bouw van het beestje, maar eenmaal aan tafel wensen we elk exemplaar naar de andere wereld. We willen niet weten waar ze als larve het levenslicht zagen.
Als je ze echter van dichterbij bekijkt, dan moet je toch toegeven dat ze best wel interessant zijn. Neem nu de strontvlieg. Deze lijkt wel van goud gemaakt. Je moet eens vanuit buikligging (zorg voor reservekledij) een koeienvlaai bekijken. Er gebeurt daar van alles. Allerlei soorten kevertjes lopen van het ene holletje naar het andere. Wormen komen hier en daar aan de oppervlakte en naast strontvliegen vertoeven er ook veel andere vliegen. En zolang je niet in tegenwind fotografeert, valt de geur best wel mee…
Ook rottend fruit op de grond kan bijzondere beelden opleveren. Meestal zitten die vol met vliegen en mieren. Het zijn omstandigheden waarbij het gebruik van een statief niet aan de orde is. Met een rijstzak kan je hier veel beter uit de voeten.
Vlieg op vlaai. (f/5,5, 1/500, ISO 640, 90 mm op cropcamera)
Sprinkhanen
Je hebt gelukkig ook aaibare insecten. Sprinkhanen zijn bijvoorbeeld gezegend met zo'n grappig kopje dat alleen al het uiterlijk garant staat voor een geslaagd beeld. Ze zijn over het algemeen meesterlijk gecamoufleerd en dus moet je geluk hebben om er eentje te ontdekken.
De diertjes laten zich gemakkelijk benaderen en zijn erg geliefd bij macrofotografen. Knip eventueel het takje waarop de sprinkhaan zit, door en zoek een geschikte achtergrond. Zorg voor een goed steunpunt zoals een boom waartegen je arm kan rusten. Het grote voordeel van een korte macrolens is dat je gemakkelijk met één hand kan fotograferen en extra stabiliteit kan winnen door de lens deels te ondersteunen door de andere hand die de tak vast heeft.
Sprinkhaan op blad. (f/13, 1/500, ISO 500, 90 mm op fullframe)
Spinnen
We hoeven ons niet te beperken tot insecten. Spinnen zijn wellicht voor sommigen echte griezels. Wie echter lang genoeg naar de ogen van dit diertje kijkt, kan er met wat fantasie toch menselijke trekjes in herkennen. Wat 'denkt' zo'n diertje wanneer je in de buurt komt met een macrolens? Sommige spinnen laten zich zeer gemakkelijk benaderen en blijven je bovendien lange tijd onbeweeglijk aanstaren. En dat is natuurlijk mooi meegenomen. We hebben bij spinnen alle tijd om nauwkeurig scherp te stellen – uiteraard op de ogen.
Stel scherp op de ogen. (f/10, 1/1.600, ISO 640, 90 mm op fullframe)
Camouflage
De achtergrond is bij macrofotografie van groot belang. Deze bepaalt de sfeer van het beeld. Door te spelen met scherptediepte en kleurencombinaties zorgen we dat het onderwerp mooi los komt van de achtergrond.
Maar ook het tegenovergestelde kan leuke resultaten opleveren. Dan begeven we ons op het terrein van de camouflagetechnieken waarvoor tal van insecten en spinnen bekend zijn. Er is bijvoorbeeld een krabspinnetjessoort die zich meesterlijk goed kan camoufleren; deze heet niet voor niets de kameleonspin.
Schakeringen tussen wit, lichtgroen en geel. Je ziet ze amper, maar ze zitten met honderden in je tuin. Kijk maar eens tussen de bloemblaadjes van de margriet of van een roos. Ook wantsen beschikken over voortreffelijke camouflagetechnieken.
Links: f/11, 1/200, ISO 500; rechts: f/16, 1/400, ISO 400, 90 mm op fullframe.
Slakken
Als insecten of spinnen je steeds te snel af zijn, ga dan eens op zoek naar slakken. En dan nog liefst de huisjesslak. Geen tuin die ervan gespaard blijft. Het is een geweldig leuk diertje om te mee te gaan experimenteren met scherptediepte en standpuntkeuze.
(f/11, 1/1.000, ISO 500, 90 mm op cropcamera)
Tips
In vochtige natuurgebieden zie je vroeg in de ochtend veel insecten een zonnig plekje opzoeken waar de ochtenddauw op hun lichaam kan opdrogen. De dauwdruppels vormen een zware ballast, waardoor ze niet zo snel weg vliegen wanneer je de diertjes van nabij wilt fotograferen. Nadeel is wel dat de lichtintensiteit zo vroeg in de ochtend niet ideaal is. Bij dit soort opnames is een statief zo goed als onmisbaar. Je kunt natuurlijk ook de gevoeligheid opdrijven.
Overmatig copulatiegedrag is een opvallend kenmerk bij tal van insecten. Het lijkt dan wel of ze niet anders te doen hebben. Een duwtje links of rechts voor de compositie deert hen zelden. Als ware acrobaten herstellen ze steeds hun evenwicht. Wordt het uiteindelijk iets te warm onder hun pootjes, dan vliegen ze simpelweg met hun tweetjes naar een andere struik en kan je daar eventueel een nieuwe poging wagen.
Ook insecten die zich te goed doen aan de nectar in de bloemen zijn een dankbaar onderwerp. Uiteraard denken we onmiddellijk aan bijen en hommels. Maar ga ook eens op zoek naar de prachtige penseelkever die zich net als vele andere kevers zeer gemakkelijk laat benaderen.
Het is een dijk van een cliché, maar er opent zich echt wel een nieuwe wereld wanneer je met macrofotografie begint. Je zal dikwijls na de opname benieuwd zijn naar wat je nu precies waargenomen hebt. Eenmaal thuis begint het opzoekingswerk.
Soldaatjes. (f/14, 1/200, ISO 400, 90 mm op cropcamera)
Waterjuffer. (f/9, 1/250, ISO 800, 90 mm op fullframe)
[extern_gallery urls=”http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_openingsfoto-cropplooivermijdens.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_wantsenprooi.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_gaasvlieg.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_vlieg01.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_sprinkhaan03.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_spin02.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_camouflage0405s.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_slak02.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_soldaatjes.jpg||http://cdn.minoc.com/zd_images/2013/31/131847_waterjuffer.jpg” caption=”||(f/18, 1/250, ISO 400, 90 mm op fullframe)||(f/14, 1/200, ISO 640, 90 mm op fullframe)||(f/5,5, 1/500, ISO 640, 90 mm op cropcamera)||(f/13, 1/500, ISO 500, 90 mm op fullframe)||(f/10, 1/1.600, ISO 640, 90 mm op fullframe)||Links: f/11, 1/200, ISO 500, 90mm op fullframe. Rechts: f/16, 1/400, ISO 400, 90 mm op cropcamera.||(f/11, 1/1.000, ISO 500, 90 mm op cropcamera)||(f14, 1/200, ISO 400, 90 mm op cropcamera)||f/9, 1/250, ISO 800, 90 mm op fullframe”]
Wil je beter leren fotograferen?
Neem dan een abonnement op Shoot Magazine (6x per jaar).
Shoot is hét fotografiemagazine voor en door enthousiaste fotografen. In Shoot vind je de beste tips en trucs, workshops en cursussen voor geslaagde foto’s, de knapste fotoplekjes in België, de helderste uitleg over fotografietechnieken, tests van nieuwe camera’s, lenzen en meer, plus foto’s van de beste Belgische fotografen.